Koedijkers
moeten nodig wat aan hun conditie doen.
Dit was toch wel de conclusie die wij mochten trekken na afloop van de
bekerwedstrijd tegen en in Aalsmeer. Weer ging het kaarsje in het laatste half
uur van de reguliere speeltijd langzaam uit. Langzamerhand worden we rijp voor
een onderzoek door een aantal vrouwelijke sportpsychologen. Hoe komt dit nu
toch??
Halverwege de avond scheen zelfs de zon nog even in het Stommeerkwartier te
Aalsmeer. Dirk knoopte op het eerste bord zijn tegenstander (1908) vakkundig
vanuit een Franse ruilvariant op (publiceren die partij Dirk), Ron stond op
bord 4 in zijn vertrouwde Lettisch gambiet zeker niet verkeerd, Gerard op bord
3 zeker gelijkwaardig en mijn tegenstander (Hensbergen, 2038) had net mijn
remiseaanbod afgeslagen, niet vanwege de stelling maar vanwege het gegeven dat
zijn club er op dat moment niet florissant voor stond.
Terwijl Dirk zijn tegenstander alle analyses liet winnen, ging het echter mis.
Waar?? Geen idee. Ron kwam steeds meer onder druk te staan en vergreep zich,
Gerard overkwam vrijwel hetzelfde. Na een kwaliteit achter wikkelde hij
verkeerd af, waarna de d-pion van zijn tegenstander niet te stoppen was. Dus
moest ik opeens winnen, terwijl ik mijzelf net lekker in een remise stelling
had geschoven. Helaas een onmogelijke opgave voor “de oude Buut” en
teleurgesteld gaf ik uiteindelijk, met nog 12 seconden op de klok, op.
Een 3-1 nederlaag was ons deel. Vooraf misschien niet onverwacht maar, zeker
gezien het verloop van de avond, niet verdiend. Wie heeft er een naam voor
ons???